DNA werd ontdekt door Friedrich Miescher in 1869. Hij was een Zwitserse wetenschapper die de pus van chirurgische verbanden bestudeerde toen hij een witte substantie ontdekte die hij later "nucleïne" noemde. Pas in de jaren 1930 begonnen wetenschappers te beseffen dat nucleïne eigenlijk DNA was.
Er zijn een paar verschillende namen die vaak genoemd worden als men het over de ontdekking van DNA heeft. Een ervan is Frederick Miescher, een Zwitsers onderzoeker die in 1869 voor het eerst nucleïne (dat later bekend zou worden als DNA) isoleerde uit witte bloedcellen. Het duurde echter tot het begin van de 20e eeuw voordat wetenschappers de structuur en functie van deze essentiële molecule echt begonnen te begrijpen.
Een van de belangrijkste figuren in dit proces was de Engelse arts/geneticus JBS Haldane, die in 1922 voorstelde dat DNA verantwoordelijk zou kunnen zijn voor erfelijke informatie. Rond dezelfde tijd stelde een andere wetenschapper, Phoebus Levene, voor dat DNA uit vier verschillende nucleotide subeenheden bestond.
DNA werd voor het eerst ontdekt in 1869 door de Zwitserse arts Friedrich Miescher. Het duurde echter tot 1953 voor de wetenschappers James Watson en Francis Crick de dubbele helixstructuur van DNA vaststelden. Sindsdien is ons begrip van DNA exponentieel gegroeid, vooral dankzij de ontwikkeling van krachtige technologieën zoals sequencing en CRISPR. Vandaag weten we dat DNA verantwoordelijk is voor de codering van de genetische informatie in cellen, en dat deze informatie een vitale rol speelt bij het orkestreren van allerlei cellulaire processen.
Please login or Register to submit your answer