Is ADHD erfelijk?

Er is geen eenvoudig antwoord op deze vraag, omdat het onderzoek naar erfelijke Attention Deficit Hyperactivity Disorder (ADHD) doorgaat en steeds verandert. Er zijn echter een aantal belangrijke punten die we weten over de erfelijkheid van ADHD die kunnen helpen enig licht te werpen op dit complexe vraagstuk

Algemeen wordt aangenomen dat ADHD een neurobiologische stoornis is, wat betekent dat het waarschijnlijk een genetische component heeft. Studies schatten dat 60-80% van de gevallen van ADHD te wijten zijn aan erfelijke factoren.

Aangenomen wordt dat ADHD in ongeveer 60% van de gevallen erfelijk is. Dit betekent dat als één of beide ouders ADHD hebben, de kans groter is dat hun kinderen ook ADHD zullen hebben. Echter, alleen omdat een kind een ouder heeft met ADHD betekent niet dat ze automatisch de stoornis zullen ontwikkelen. Er zijn veel andere factoren die bijdragen aan het al dan niet ontwikkelen van ADHD, waaronder omgevingsinvloeden en gezondheidsomstandigheden.

Er zijn een aantal verschillende factoren die kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van ADHD, en het erven van de aandoening van een ouder is er één van. Hoewel we nog niet alle oorzaken van ADHD volledig begrijpen, weten we wel dat het de neiging heeft om in families voor te komen. Dus als je een ouder of broer met ADHD hebt, is de kans groter dat je het ook hebt.

Er wordt ook gedacht dat ADHD gedeeltelijk te wijten is aan genetische invloeden. Dat betekent dat bepaalde soorten genen mensen een grotere kans geven om de aandoening te ontwikkelen. Onderzoek heeft aangetoond dat mensen met ADHD vaak afwijkingen of variaties in bepaalde hersengebieden en chemische stoffen hebben - vergelijkbaar met wat wordt gezien bij hun familieleden met de stoornis.

Ja, ADHD wordt algemeen beschouwd als erfelijk. Studies hebben aangetoond dat er een sterke correlatie is tussen ADHD en genetica, en dat ADHD de neiging heeft in families voor te komen. Dit betekent niet dat iedereen die een familielid met ADHD heeft, automatisch zelf ook deze aandoening krijgt, maar het suggereert wel dat er een genetische component is.